uitwedstrijd
[ˈ-νɛtstrɛĭt]zelfstandig naamwoord | Substantiv substVista general de todas las traducciones
(Para obtener más detalles de la traducción, hacer clic/pulsar)
- Auswärtsspielonzijdig | Neutrum, sächlich nuitwedstrijdHinspielonzijdig | Neutrum, sächlich nuitwedstrijduitwedstrijd