„opbouw“: zelfstandig naamwoord opbouw [ˈɔbɑŭ]zelfstandig naamwoord | Substantiv subst Vista general de todas las traducciones (Para obtener más detalles de la traducción, hacer clic/pulsar) Aufbau, Förderung Aufbaumannelijk | Maskulinum, männlich m opbouw opbouw ook | aucha. Förderungvrouwelijk | Femininum, weiblich f opbouw figuurlijk | figurativ, in übertragenem Sinnfig opbouw figuurlijk | figurativ, in übertragenem Sinnfig