„kletskoek“: zelfstandig naamwoord kletskoek [ˈ-kuˑk]zelfstandig naamwoord | Substantiv subst omgangstaal | umgangssprachlichumg Vista general de todas las traducciones (Para obtener más detalles de la traducción, hacer clic/pulsar) Quatsch Quatschmannelijk | Maskulinum, männlich m kletskoek kletskoek