„eigenwijs“: bijvoeglijk naamwoord eigenwijs [-ˈνɛĭs]bijvoeglijk naamwoord | Adjektiv adj Vista general de todas las traducciones (Para obtener más detalles de la traducción, hacer clic/pulsar) eigensinnig, naseweis, vorwitzig eigensinnig eigenwijs eigenwijs naseweis, vorwitzig Kind eigenwijs eigenwijs