afschieten
[ˈ-sxiˑt-]transitives Verb v/tVista general de todas las traducciones
(Para obtener más detalles de la traducción, hacer clic/pulsar)
- abschießenafschietenafschieten
- abfeuernafschietenafschieten
- abteilenafschietenafschieten
- verschlagen mit Bretternafschietenafschieten
afschieten
[ˈ-sxiˑt-]intransitief/onovergankelijk werkwoord | intransitives Verb v/i <zijn hulpwerkwoord zijn | Hilfsverbzn>Vista general de todas las traducciones
(Para obtener más detalles de la traducción, hacer clic/pulsar)
ejemplos
- afschieten oplosschießen auf (accusatief, 4e naamval | Akkusativakk)