„afscheiden“: werkwoord afscheiden [ˈ-sxɛĭd-]werkwoord | Verb v Vista general de todas las traducciones (Para obtener más detalles de la traducción, hacer clic/pulsar) abtrennen, ausscheiden, absondern (ab)trennen afscheiden afscheiden ausscheiden, absondern Flüssigkeit afscheiden afscheiden ejemplos zich afscheiden sich abspalten sich absondern zich afscheiden