„afbraak“: zelfstandig naamwoord afbraakzelfstandig naamwoord | Substantiv subst Vista general de todas las traducciones (Para obtener más detalles de la traducción, hacer clic/pulsar) Abbruch, Abriss, Abbau Abbruchmannelijk | Maskulinum, männlich m afbraak Abrissmannelijk | Maskulinum, männlich m afbraak afbraak Abbaumannelijk | Maskulinum, männlich m afbraak biologie | BiologieBIOL scheikunde | ChemieCHEM afbraak biologie | BiologieBIOL scheikunde | ChemieCHEM