„schuld“ schuld Vista general de todas las traducciones (Para obtener más detalles de la traducción, hacer clic/pulsar) schuld hebben aan het is mijn schuld het is de schuld van het weer het is jouw schuld! ejemplos schuld sein an (Dativ | datief, 3e naamvaldat) schuld hebben aan schuld sein an (Dativ | datief, 3e naamvaldat) ich bin schuld daran het is mijn schuld ich bin schuld daran das Wetter ist schuld daran het is de schuld van het weer das Wetter ist schuld daran du bist schuld! het is jouw schuld! du bist schuld! ocultar ejemplosmostrar más ejemplos
„Schuld“: Femininum, weiblich SchuldFemininum, weiblich | vrouwelijk f Vista general de todas las traducciones (Para obtener más detalles de la traducción, hacer clic/pulsar) schuld schuld Schuld Schuld zu Schulden → ver „zuschulden“ zu Schulden → ver „zuschulden“ ejemplos rückständige/schwebende Schuld achterstallige/vlottende schuld rückständige/schwebende Schuld ohne meine Schuld buiten mijn schuld ohne meine Schuld Schuld haben schuld hebben aan Schuld haben in Schulden stecken in de schulden zitten in Schulden stecken (tief) in jemands Schuld stehen figurativ, in übertragenem Sinn | figuurlijkfig iemand (zeer) verplicht zijn figurativ, in übertragenem Sinn | figuurlijkfig (tief) in jemands Schuld stehen figurativ, in übertragenem Sinn | figuurlijkfig ocultar ejemplosmostrar más ejemplos